De zogenoemde 100 procentscontroles op luchthaven Schiphol hebben niet geleid tot een verminderde cocaïne-invoer in Europa.
Sterker: zowel de invoer via de haven van Rotterdam, als die via West-Afrikaanse routes is sinds de invoering in 2003 sterk toegenomen. Niet alleen is het nut van het drugsbeleid op Schiphol daarmee twijfelachtig, het vormt bovendien een ernstige sta-in-de-weg voor de ontwikkeling van West-Afrika.
Dit stellen twintig economen en politici, onder wie vijf Nobelprijswinnaars en de Britse vice-premier Clegg, in een rapport van de London School of Economics getiteld: Ending The Drugs Wars. Dat schrijft de Volkskrant vrijdag.
De 100 procentscontroles werden ingevoerd vanwege de stroom aan bolletjesslikkers. Ze gelden voor alle passagiers uit Curaçao, de Nederlandse Antillen, Suriname en Venezuela. Bij de controles worden lichaam en bagage van passagiers onderzocht op drugs.
Sindsdien is het aantal smokkelaars op Schiphol met ruim eenderde afgenomen. Volgens het rapport heeft dat op Europese schaal weinig uitgehaald. Drugskartels verlegden hun routes, bijvoorbeeld naar West-Afrika. Zo is het volgens de economen alleen maar makkelijker geworden drugs naar Europa te smokkelen.
foto: Koninklijke Marechaussee