Het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) maakt zich zorgen om het niveau van het muziekleven in Nederland. Steeds meer muziekscholen sluiten hun deuren doordat gemeenten bezuinigen op cultuur. Haarlem105 maakte een rondgang langs verschillende betrokkenen in de regio.
Bas van Lier, interim-directeur gemeentelijke muziekschool Jaap Prinsen in Overveen reageert bij Haarlem Vandaag op de noodkreet van het LKCA. “Wil je muziekonderwijs goed aanbieden door gediplomeerde mensen en voor iedereen toegankelijk houden, dan heb je subsidies nodig.” Bloemendaal is daarop landelijk gezien een positieve uitzondering, legt hij uit.
Luister hier het hele interview met directeur Bas van Lier terug. Tekst gaat verder onder audio.
Evert van Noord is als fagotdocent werkzaam bij de muziekschool in Overveen. “Wat ik merk is dat de leerlingen die ik lesgeef over het algemeen rijk zijn. Dat heeft niet zo zeer met het lesgeld te maken, maar met de instrumenten. Zeker een fagot, dat kost al gauw drieduizend euro of meer voor een beginner”, legt hij uit. “Ik denk dat het verlagen van de financiële drempel zou helpen om het culturele klimaat in de regio diverser te maken.”
Lokale muziekverenigingen hebben het pas echt zwaar, deels door de bezuinigingen door de crisis in 2008, weet hij. “Je ziet daardoor weinig aanwas om muziek als hobby te doen en als verlengde daarvan stromen weinig mensen door naar het conservatorium.”
Haarlem
De gemeente Haarlem verstrekt een langlopende subsidie aan stichting Hart, onder meer om te kunnen voorzien in muziekeducatie en het eerlijk betalen van muziekdocenten. “Daarom ervaren we zelf geen gebrek aan docenten”, reageert directeur Marijke Licher van cultuurcentrum Hart Haarlem.
Toch zorgt het er niet voor dat de lessen voor iedere amateurmuzikant binnen handbereik zijn. “We hebben de indruk dat er veel vraag is naar lessen, maar dat er met name financiële drempels zijn. Lang niet iedereen kan muzieklessen volgen.” Aandacht voor toegankelijke cultuurdeelname en meer middelen vanuit het Rijk voor amateurkunst is hard nodig, stelt ze: “Extra zorg voor de toegankelijkheid van muziek lijkt ons geen overbodige luxe, maar noodzaak.”
“Je hoort de dreigende geluiden al een paar jaar. Maar it’s getting real” – drumdocent Roël Calister (muziekschool Drumdrumdrum)
Roël Calister van de particuliere drumschool Drumdrumdrum in Haarlem verbaast zich niet over de noodkreet van het LKCA. “Je hoort de dreigende geluiden al een paar jaar. Maar it’s getting real”, aldus de drumleraar. “Iedereen weet; muziek werkt verbindend. Muziek is een uitlaatklep voor kinderen, muziek maakt mensen blij.” De impact bij zijn school valt nog mee. “Omdat wij heel lang een gesubsidieerde ruimte hebben gehad”, legt hij uit. “Vanaf augustus gaat dat anders zijn. Dan moeten we kijken hoe we de lessen betaalbaar gaan houden.” Nu verhoogt hij zijn tarieven alleen elke vijf jaar, om de lessen toegankelijk te houden.
De Wereldmuziekschool in Haarlem laat in een korte reactie weten zich ook te herkennen in de zorgen van het LKCA, maar weet het hoofd tot nu toe boven water te houden. “De Wereldmuziekschool krijgt van de gemeente Haarlem wel een bijdrage in de huur”, zegt directeur Hein Pijnenburg. “Verder groeien we gelukkig al bijna vijftien jaar gestaag door zonder subsidie.”
Heemstede
Heemstede heeft in tegenstelling tot buurgemeente Bloemendaal geen gesubsidieerde muziekschool. Op andere manieren probeert de gemeente toch een steentje bij te dragen aan muziekonderwijs. “Drie orkesten krijgen subsidie van de gemeente. Daar zijn ook jongeren lid van, die zo in verenigingsverband muziek leren spelen. Daarnaast krijgen de scholen een subsidie voor muziekonderwijs en doet de gemeente mee aan een landelijk cultuurprogramma om kunst en cultuur een vast onderdeel van het lesprogramma te maken”, aldus een woordvoerder namens de gemeente.
In 2025 wordt gekeken naar nieuw cultuurbeleid. “Streven daarbij is specifiek aandacht te hebben voor de ‘maak’-cultuur voor jongeren. Hierbij kijken we breder naar cultuur inclusief het muziekonderwijs. In 2025 wordt gekeken naar nieuw cultuurbeleid.”