ADVERTENTIE
Aan het einde van de zestiende eeuw groeide het inwonersaantal van Haarlem in 50 jaar tijd van 18.000 naar bijna 40.000 personen. Voor al die mensen moest er woonruimte komen binnen de stadsmuren.
Daarom besloot het stadsbestuur in 1610 een geheel nieuwe woonwijk (Raamkwartier) te ontwikkelen in het zuidwesten van Haarlem aan de stadsmuur bij de Schutterstoren. Daar was het oefenterrein van de schutterij en stonden de ramen opgesteld die gebruikt werden om de nieuwe lakens te drogen te hangen.
In 2012 werd op het Wilsonsplein een deel van die nieuwbouwwijk opgegraven. De oudste vondst was een gracht die in de veertiende eeuw onderdeel was van de stadsversterking. Aan het begin van de zeventiende eeuw werd de gracht gedempt met stadsafval. Dit afval geeft een goed beeld van de materieÌle cultuur van de Haarlemmers tussen 1585 en 1610. Onder de vondsten zijn een paar politiek getinte objecten zoals een monniksbeker en een haardsteen met een buste van Karel V. Maar ook een armenpenning met het wapen van Haarlem, waarmee armen op zondag na de kerkdienst brood, schoeisel, turf of andere levensbehoeften konden krijgen.
Na het dempen van de gracht werd het gebied volgebouwd met woningen. Van een paar van die huizen zijn de funderingsresten teruggevonden. Vooral de dieper aangelegde waterputten, waterkelders, tonputten en beerputten zijn bewaard gebleven, vol met huishoudelijk afval uit de jaren 1610- 1810. Vele doodgewone en buitengewone vondsten getuigen van de persoonlijk verzorging, de voedingsgewoonten, het huisraad en de textielnijverheid in de wijk.
De tentoonstelling âVINEX ANNO 1610â in het Archeologisch Museum, laat het dagelijks leven in de eerste officiеÌle nieuwbouwwijk van Haarlem zien, aan de hand van de voorwerpen die de bewoners er zelf hebben achtergelaten.