Plaatsnaamkunde is de wetenschap die plaatsnamen opspoort en verklaart. Met een straatnaam worden straten, wegen, lanen en dergelijke aangeduid. Maar een straatnaam dient ook ter oriëntatie en voor het vormen van een adres. Haarlem105 gaat op zoek naar de historie en het verhaal achter straatnamen in Zuid-Kennemerland.
Eltzbacherstraat
De Eltzbacherstraat loopt van het Stationsplein naar de Zeestraat en ligt in twee buurten in Zandvoort. De noordkant van de straat valt in de buurt Stationsomgeving. In deze buurt heeft maar één gebouw huisnummers in de Eltzbacherstraat en dat is een zijingang van het stationsgebouw van de Nederlandse Spoorwegen. Dit stationsgebouw is een zogeheten kopstation, het is het begin- en eindpunt van de spoorlijn Zandvoort-Haarlem. De zuidkant van de straat ligt in de buurt Centrum. De straat is onbebouwd en heeft parkeerplaatsen.
Zandvoort
In het begin van de negentiende eeuw wordt in Zandvoort een commissie gevormd met als doel de armoede in het vissersdorp uit te bannen. De commissie bestaat uit leden van de Provinciale Staten van Noord-Holland, een Haarlemse bankier en enkele anderen. Zij maken een plan om in Zandvoort het toerisme op gang te brengen. De eerste stap die zij daarin zetten is het met klinkers bestraten van het zandpad van Aerdenhout naar Zandvoort. Gelijktijdig met deze nieuwe Zandvoortselaan wordt ook het Groot Badhuis opgeleverd. Dit is het startsein voor de opkomst van het toerisme in de nieuwe badplaats. Snel komen er drie nieuwe hotels bij en het aantal badgasten neemt gestaag toe. Het duurt niet lang of er zijn zes hotels en een pension nodig om alle bezoekers te ontvangen. In die periode krijgt de Duitse koopman en bankier Gustav Eltzbacher het idee om ten noorden van Zandvoort een internationale badplaats te vestigen. Na Scheveningen moet dat dan aan de Nederlandse kust de tweede badplaats worden voor de jetset.
Bad Zandvoort
Aan het einde van de negentiende eeuw richt Gustav de Zandvoortse Bouwgrondonderneming op. Met het geld van twee van zijn broers en drie andere joodse bankierbroers koopt hij meer dan veertig hectare duingrond. Een gerenommeerd architect krijgt opdracht om voor het gebied een stedenbouwkundig plan uit te werken. Bad Zandvoort zoals de nieuwe badplaats gaat heten krijgt brede boulevards evenwijdig aan de zee. In het gebied komen een Kurhaus en een Passage, grote pleinen en een concertzaal. Er is veel ruimte gereserveerd voor de bouw van luxe villa’s, de kavels worden verkocht onder de voorwaarde dat de villa binnen een jaar wordt opgeleverd. Zo verzekert Gustav zich ervan dat Bad Zandvoort snel uitgroeit tot een sjiek lintdorp voor de rijken der aarde. Aan de Boulevard de Favauge ten zuiden van de Passage bouwt Eltzbacher zelf een riant zomerverblijf voor zijn gezin, de villa Sophia. Om Bad Zandvoort goed bereikbaar te maken richt Gustav met zijn broers Julius en Moritz en enkele andere investeerders de Haarlem-Zandvoort Spoorwegmaatschappij op. Een jaar na aanvang van de bouwactiviteiten wordt de nieuwe spoorlijn en het station Bad Zandvoort in gebruik genomen. Voor nog geen twee gulden reis je dan comfortabel in de eerste klasse coupé met de stoomtrein van Amsterdam naar Zandvoort en vice versa. Gustav wordt de eerste president-commissaris van de Zandvoortse Bouwgrondonderneming en president van de Raad van Commissarissen van de Haarlem-Zandvoort Spoorwegmaatschappij.
Gustav Eltzbacher (1832 – 1901)
Gustav Eltzbacher is geboren in Duitsland als vijfde in een gezin van zeven kinderen. Zijn oudere broers zijn met weinig middelen een handelsonderneming gestart in Keulen. De zaken gaan goed en de onderneming wordt uitgebreid met een vestiging in Amsterdam. Daar wordt ook de bank van de familie opgericht. In die periode gaat ook Gustav bij het bedrijf aan de slag. De kersverse koopman en bankier vraagt de Nederlandse nationaliteit aan en gaat wonen in Amsterdam. Hij trouwt met een bankiersdochter uit een Russisch-joods geslacht, zij krijgen drie dochters. Gustav Eltzbacher blijft tot zijn dood in 1901 onbetwist ‘de baas van Bad Zandvoort’.