De regio Kennemerland heeft de opdracht om ongeveer 2.500 Oekraïense vluchtelingen op te vangen. Iedere gemeente neemt daarbij een evenredig aandeel voor zijn rekening. “Wat we nu zien is dat Haarlemmermeer wat extra voor zijn rekening heeft genomen en andere gemeenten die bleven daarbij wat achter, ook Haarlem”, vertelt burgemeester Jos Wienen in het radioprogramma Haarlem Vandaag op Haarlem105.
Op de vraag of het niet mogelijk is om asielzoekers uit Ter Apel op te vangen in Heemstede, waar maar twee van de vier locaties in gebruik zijn antwoordt de burgemeester: “Nu halen we twee dingen door elkaar, Oekraïners gaan niet naar Ter Apel, dat zijn asielzoekers. De Oekraïners is een aparte opgave, dus daar hebben gemeenten aparte voorzieningen voor gemaakt. Dat loopt helemaal niet via het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers en ook niet via Ter Apel.”
“Ik snap dat het de luisteraars duizelt: waar gaat dit over”
Burgemeester Wienen – Haarlem
“Terwijl we aan de ene kant plekken creëren voor Oekraïners, zien we dat het aan de andere kant helemaal vastloopt in Ter Apel met asielzoekers. Daarom heeft het Rijk aan de gemeenten gevraagd om een extra bijdrage te leveren om die asielzoekerscentra te ontlasten. Dat kan door statushouders extra snel naar gemeenten te laten doorstromen”, legt Wienen uit.
“Door voor hen een soort tijdelijke huisvesting te creëren ontstaat er weer meer ruimte in de asielzoekerscentra. Statushouders zijn mensen die in Nederland worden toegelaten en gewoon gehuisvest moeten worden in gemeenten. En de tweede vraag die het Rijk aan ons gesteld heeft: ‘Wil je alsjeblieft voor extra noodopvang zorgen?’ Ik snap dat het de luisteraars duizelt: waar gaat dit over? Maar ik probeer het kort op een rijtje te zetten.”
Tekst gaat door onder fragment van gesprek met burgemeester Wienen op Haarlem105.
Drie locaties
“Mensen die al een status hebben, halen we extra snel naar de gemeente, niet in een woning maar in een soort tussenvoorziening. En we vangen extra asielzoekers en extra Oekraïners op. We gaan daarvoor drie locaties toevoegen: het Sonnebornterrein; kantoorpand Meester Lottelaan en woonunits aan de Laan van Decima”, vertelt Wienen.
Oekraïners
“We hebben in Haarlem een bijdrage geleverd door te zeggen: laat Oekraïners komen”, zegt de burgemeester. “Die hebben we voor een deel opgevangen in hotels en voor een deel op een cruiseschip dat we hebben gehuurd. Bij het schip aan de overkant van het Spaarne is een bouwterrein dat wordt voorlopig niet gebruikt, het Sonnebornterrein. We gaan hier een paviljoen neerzetten en denken dat we dit op korte termijn kunnen inrichten. Daar willen we ook Oekraïners huisvesten. Aan het kantoorpand aan de Meester Lottelaan wordt hard gewerkt, dat kost iets meer tijd. Dit gaan we tijdelijk inzetten als huisvesting voor Oekraïners.”
Asielzoekers
“Om het asielzoekerscentrum in Ter Apel te ontlasten vangen we asielzoekers op in de Waarderpolder op een tweede schip. We hebben nu crisisopvang in de Beyneshal, daar worden ook honderd mensen opgevangen”, zo legt Wienen uit. “Dat is allemaal niet erg luxe en prettig maar het is in elk geval wel een manier om mensen niet op stoeltjes te laten slapen in Ter Apel.”
Statushouders
Wienen vervolgt: “Laan van Decima is een locatie tegen de Waarderpolder bij het station Spaarnwoude. We proberen het Rijk te ontlasten door statushouders hiernaartoe te halen, dat proberen we te doen met wisselwoningen op deze locatie.”
Voorrang
“Voor de Oekraïners zijn er twee groepen die met voorrang gehuisvest gaan worden, dat zijn mensen die nu al in Nederland zitten op plekken maar daar niet onbeperkt kunnen blijven”, zo legt hij uit. “De tweede groep zijn mensen die nu zijn opgevangen in hotels, dat is een relatief dure oplossing en ook niet onbeperkt beschikbaar.”
Opgave
“Als regio voldoen we aan al onze opgaven alleen moeten we nog wat herverdelen. Op dit moment zijn er wat minder mensen dan we hadden afgesproken in Haarlem en wat meer in Haarlemmermeer. Als we dit hebben gedaan leveren wij ook ons aandeel. Deze locaties hebben we in ieder geval voor een periode van een jaar tot anderhalf jaar. Als het langer gaat duren, zullen we opnieuw moeten kijken”, concludeert Wienen het interview.