“Ik verwacht niet dat de Haarlemse horeca met de kerst weer opengaat”, zegt voorzitter Hildo Makkes van der Deijl van Koninklijke Horeca Nederland Haarlem tegen Haarlem105. “En we hebben ook liever dat we iets langer dicht blijven en dan weer helemaal open kunnen dan dat we bijvoorbeeld half december opengaan, maar wel om 21.00 uur moeten sluiten.”
“Als we wel voor de kerstdagen openen, gaat iedereen waarschijnlijk helemaal los. Dan is de anderhalve meter afstand niet te handhaven. Dat er in deze tijd restricties aan een opening verbonden zijn, snapt iedereen. Maar om te kunnen overleven is beknibbelen op openingstijden geen optie.”
“Veiligheid is belangrijker dan dat de horeca nu opengaat”
Hoe denken Haarlemse horecazaken hierover? Restaurant Morris kan zich goed vinden in het standpunt van de Koninklijke Horeca Nederland Haarlem. “Als we in januari zonder restricties open kunnen, doen we dat liever. Als je de gasten er om 22.00 uur moet uitgooien, heeft het weinig zin. En veiligheid voor iedereen is ook heel belangrijk. Belangrijker dan dat de horeca nu opengaat. Als je nu nog even dicht blijft, heb je er straks waarschijnlijk meer profijt van.”
Het Haarlemse Restaurant Bodega denkt daar anders over. “Ik wil het liefst met kerst gewoon open”, zegt de eigenaar. “Dan draaien we de grootste omzet. We hebben een groot pand, met voldoende ruimte. We voelen ons echt gedupeerd, omdat we dicht moesten. We houden ons super goed aan de regels. Corona ontstaat niet in de horeca.”
Het nieuwe jaar
Hildo Makkes van der Deijl heeft er een hard hoofd in. Hij denkt dat de horeca op z’n vroegst aan het begin van het nieuwe jaar kan heropenen. “Hoe groot is de kans dat we dit jaar opengaan? 2 januari komt als eerste. Maar als we in het nieuwe jaar weer met beperkte openingstijden te maken hebben, dan vrees ik met grote vreze. Dan laten ondernemers hun kopjes hangen.”
“Haarlem is nu een dooie stad”
De voorzitter heeft er op zich begrip voor dat het kabinet voorlopig voor sluiting heeft gekozen. “Als je zegt: ‘ik wil geen bewegingen in de stad’, dan is dit een logische keuze. Je ziet het resultaat: Haarlem is nu een dooie stad, een schrale stad. Er zijn geen evenementen; je mist de gezelligheid.” Toch vindt Makkes van der Deijl niet dat de oorzaak van de verspreiding van het coronavirus in de horeca gezocht moet worden. “Het ligt puur aan de mentaliteit van de mensen. Ze zijn makkelijk, halen hun schouders op en leven hun leven verder. In winkelstraten is het over het algemeen hartstikke druk. Dat is heel fijn voor de omzet, maar het is de vraag of dat nodig is. Mensen moeten bewuster kiezen of het per se noodzakelijk is om nu het centrum in te gaan.”