De rechtbank heeft Edwin D. veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf voor het doodsteken van zijn huisgenoot. Ook is hij schuldig bevonden voor het in brand proberen te steken van een andere huisgenoot en zijn woning.
Het OM had dezelfde straf geëist. De rechtbank vindt niet dat de 56-jarige D., zoals hij zelf verklaarde, handelde uit zelfverdediging. De rechtbank heeft in de veroordeling meegenomen dat D. laagbegaafd is en niet de gevolgen van zijn handelen kan inzien.
Edwin D. woonde samen met het slachtoffer in de Romolenstraat in Haarlem, waar hij al lange tijd (geluids)overlast zou ondervinden van zijn huisgenoot. Op 14 juni 2020 klopte D. hiervoor aan bij de kamer het slachtoffer.
Nadat D. vervolgens door het slachtoffer op zijn hoofd werd getikt, is hij in zijn kamer een mes gaan halen en heeft hij het slachtoffer met meerdere messteken om het leven gebracht.
Een tweede huisgenoot, getuige van de dodelijke steekpartij, ontvluchtte het huis nadat D. hem overgoot met terpentine en probeerde in brand te steken. Vervolgens deed D. een poging om de woning in brand te steken.
Edwin D. moet de huisgenoot een boete van 525 euro betalen. Volgens de rechtbank heeft hij voor zijn leven moet vrezen en heeft hij nog altijd fysieke en psychische klachten.