Pas over vier jaar gaat Haarlem een grote inhaalslag maken met de bouw van sociale huurwoningen. Dat schrijft de gemeente in raadsstukken over de stand van zaken om in tien jaar tijd 10.000 woningen te realiseren, waarvan 4.000 sociale huurwoningen zouden moeten zijn.
Vanaf het begin dat de plannen gelanceerd zijn in 2016 tot 2020 zijn er in Haarlem 3.500 woonadressen meer dan daarvoor. Maar in die vier jaar zijn er maar 74 sociale huurwoningen bij gekomen.
Dit komt volgens de gemeente omdat woningcorporaties nu bezig zijn om veel oude huizen te slopen en anderen te renoveren. Ook zijn veel bouwplannen van de corporaties nog in ontwikkeling. De bouw hiervan gaat vaak pas na 2023 van start. En ook over de plannen van ontwikkelaars wordt ook nog onderhandeld.
Tegenvallers
De gemeente verwacht dat er tussen 2026 en 2030 ongeveer 2.500 sociale huurwoningen worden gebouwd. Maar een aantal plannen kampen met financiële tegenvallers, zo blijkt uit de informatienota’s. Vooral de zogenoemde ‘inbreilocaties’ in de stad stuit de gemeente op problemen met de verkeersafwikkeling en de beschikbare parkeerplekken. Onlangs werd Haarlem nog teruggefloten door de Raad van State over de woningbouwplannen rondom de Koepel omdat er niet genoeg parkeerplaatsen in het plan zijn opgenomen.
Nog grotere zorgen heeft de gemeente over de ontwikkelzones aan de Orionweg en aan de Zijlweg. Het streven om bijvoorbeeld rondom het voormalige voetbalstadion in Haarlem-Noord veel sociale huurwoningen te laten bouwen, blijkt lastiger dan gedacht. En de verkeerssituatie rondom de ontwikkelzone Zijlweg is erg complex, omdat het daar zonder extra woningen al steeds drukker wordt. Ook wil de gemeente juist aan deze kant van de stad de fietsroutes naar het centrum verbeteren. Deze twee probleemzones zouden 1.000 woningen op moeten leveren.
Creatieve oplossingen en betere samenwerking tussen ontwikkelaars en woningcorporaties zijn volgens de gemeente van groot belang om de ambitie van 10.000 woningen in Haarlem te halen.