Het einde van de oorlog in Oekraïne lijkt voorlopig nog niet in zicht en dus blijft de opvang van Oekraïense vluchtelingen in Nederland hard nodig. Sinds maart wonen er enkele honderden in Bloemendaal, deels in gastgezinnen en deels in Park Vogelenzang in Bennebroek. Burgemeester Roest heeft veelvuldig contact met beide groepen en ging deze week op bezoek bij de opvanglocatie in Bennebroek. Hoe het met hen gaat en hoe hij kijkt naar de opvangmogelijkheden nu Bloemendaal straks ook zal moeten bijspringen met het opvangen van asielzoekers, bespreekt de burgervader live in de studio tijdens het radioprogramma Haarlem Vandaag.
Sinds het begin van de oorlog in Oekraïne zijn veel mensen het land ontvlucht. Omdat veel mannen achterblijven om te vechten tegen het Russische leger zijn het voornamelijk vrouwen, kinderen en ouderen die elders onderdak zoeken. In Bloemendaal worden 150 Oekraïners in gastgezinnen opgevangen, 130 verblijven in Park Vogelenzang.
Kijk hieronder het hele interview terug. Tekst gaat verder onder de video
Burgemeester Roest is blij dat er in Park Vogelenzang een nieuwe vleugel met 30 appartementen in gebruik genomen wordt. Een aantal gastgezinnen heeft namelijk aangegeven dat de opvangperiode voor hen te lang duurt en deze willen afronden. “Alle respect voor de gastgezinnen die het tot dusver hebben opgebracht, en ook voor hen die er mee willen doorgaan”, zegt Roest. Met de nieuwe vleugel bij de opvanglocatie in Bennebroek komt er ruimte voor de ‘doorschuivers’.
Uitzichtloosheid
Roest heeft inmiddels veel Oekraïense vluchtelingen die in zijn gemeente verblijven ontmoet, zowel bij gastgezinnen als bij de eerdere opvanglocatie Dennenheuvel in Bloemendaal en nu in Park Vogelenzang, “Wat ik elke keer weer opvallend vind, is hoe dankbaar ze zijn. De mensen berusten in hun lot. Ze zijn blij dat ze nu veilig zijn, maar de uitzichtloosheid van de oorlog en de onzekerheid maakt hen ongerust”, zegt hij. “Er wordt wel een zware wissel getrokken op mensen, dat is duidelijk.”
“Mensen die psychische klachten hebben maar die op een wachtlijst staan, dat is wel heel erg bitter”
Elbert Roest, burgemeester Bloemendaal
Het kan zich vertalen naar depressiviteit en dat is waar de burgemeester zich zorgen over maakt. “Als ouders depressief zijn kan dat gemakkelijk ook voor kinderen gaan gelden, en die hebben natuurlijk nog een hele toekomst te gaan”, zegt Roest. “Er zijn weinig huisartsen waardoor de medische zorg beperkt blijft tot de primaire processen”. Volgens hem is de psychosociale zorg is nog een te onontgonnen gebied op dit moment. “Mensen die psychische klachten hebben maar die op een wachtlijst staan, dat is wel heel erg bitter.”
Statushouders
Behalve opvang voor Oekraïners moet ook huisvesting gevonden worden voor statushouders. Daar komt binnenkort ook de taak voor gemeenten bij om asielzoekers op te nemen. Voor Bloemendaal, maar ook voor de omliggende gemeenten is het een enorme opgave om de opvang te organiseren, zo legt Roest uit. Daarnaast blijkt volgens hem uit een enquête dat 50 procent van de Oekraïners hier wil blijven. “Dat betekent dus dat daar permanente woningen voor beschikbaar moeten komen op het moment dat ze de verblijfstatus krijgen,” concludeert Roest.
“Nog enkele appartementen worden opgeknapt maar daarna gaan er 180 mensen wonen, waarvan de helft statushouders zijn”
Elbert Roest, over opvanglocatie Oldenhove waar over enkele weken de eerste bewoners terecht kunnen
“Of Oekraïners ook daadwerkelijk een verblijfstatus krijgen, weten we nog niet. Als ze die status krijgen betekent dit dat er in een keer weer heel veel extra woningen in onze gemeente en omliggende gemeenten nodig zijn”, gaat Roest verder. “Dat komt bovenop de woningen voor statushouders, maar ook voor de asielzoekers die door het Rijk op het bordje van de gemeenten wordt gelegd. Dus we hebben met elkaar echt wel een enorme opgave.”
Oldenhove
Roest geeft aan dat de inhuizing in Oldenhove, het voormalig verzorgingstehuis in Overveen over een aantal weken plaatsvindt. “Enkele appartementen worden nu nog opgeknapt, daarna gaan er 180 mensen wonen, waarvan de helft statushouders zijn”, licht Roest toe. Daar zullen geen Oekraïense vluchtelingen bijzitten.
“Door deze instroom en het gebrek aan beschikbare woningen wordt de spanning steeds groter”
Elbert Roest
Op de vraag of het ‘ergens teveel wordt’, antwoordt de burgemeester dat hij er trots op is hoe de samenleving in z’n totaliteit maar ook binnen gemeentelijk verband in staat is om deze vraagstukken op te vangen. “Je zal maar twintig zijn en bedenken dat het langzamerhand toch wel eens tijd wordt om uit huis te gaan”, zegt hij. “Die krapte op de woningmarkt is natuurlijk echt immens en daar zit spanning op. Die spanning voelen wij natuurlijk ook”, zegt Roest. “Je moet zo lang wachten tegenwoordig om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning. Door deze instroom en het gebrek aan beschikbare woningen wordt die spanning steeds groter.”
Praktische zaken
Tijdens zijn bezoek aan Park Vogelenzang werd door de Oekraïners veel vragen gesteld over praktische zaken: de omstandigheden, koken, organiseren van kinderopvang zodat moeders kunnen gaan werken, vervoer naar het werk en boodschappen. Maar ook delen ze met de burgervader hun zorgen over achtergebleven mannen, familie of kinderen. “Gelukkig zijn de communicatielijnen nog open dus ze weten wat aan het front gebeurt”, zegt Roest. “Maar ik sla ook wel eens een arm om iemand heen die het moeilijk heeft.”
“Misschien zitten daar wel leerelementen in voor de toekomst voor andere vluchtelingengroepen”
Elbert Roest, over hoe Nederland Oekraïners heeft opgevangen
Dat zij direct mochten werken, juicht de burgemeester toe. “Tachtig procent is ook al aan het werk, dat geeft aan dat ze rust willen en een normaal leven willen leiden. Ze gaan naar hun werk en komen ‘s avonds thuis, hebben verhalen om met elkaar uit te wisselen en dat is uiteindelijk toch een fantastische manier om je staande te houden”, vindt Roest.
Leerelementen
“Wat dat betreft zou je kunnen zeggen dat de influx van de Oekraïners een heel groot nationaal experiment is geweest”, besluit de burgemeester. “Misschien zitten daar wel leerelementen in voor de toekomst voor andere vluchtelingengroepen.”