De gemeenten Haarlem, Bloemendaal, Zandvoort en Heemstede voldoen allemaal niet aan het bijbouwen van meer dan dertig procent aan sociale huurwoningen. Dat blijkt uit een meting van de Woonbond van 2020 tot en met 2024.
Het minst aantal sociale huurwoningen zijn bijgebouwd in Bloemendaal. Daarvan was acht procent van de woningen van een woningcorporatie, wat neerkomt op een totaal van twintig sociale huurwoningen. “Dit percentage is wat het college betreft te laag. Het is de ambitie van het college om dit percentage te verhogen. Het streven is om minstens 33 procent sociale huur bij alle nieuwbouwprojecten te realiseren”, zegt wethouder Attiya Gamri op de cijfers tegen Haarlem105.
“Er zit echter altijd een lange tijd tussen plannen maken en dat woningen gerealiseerd worden. Dit komt door vele procedures maar ook omdat de gemeente graag de omgeving wil betrekken bij nieuwe ontwikkelingen”, vervolgt Gamri. Volgens de wethouder zijn er meer sociale woningen op komst. Zo komen er 83 sociale huurwoningen in Bennebroek bij en start in 2026 de bouw van 30 sociale huurwoningen in Bloemendaal.
Zandvoort en Haarlem
In Zandvoort en Haarlem ligt het percentage met twaalf procent iets hoger, maar nog ver onder de gewenste 30 procent. In vier jaar tijd zijn er twintig nieuwe corporatiewoningen in Zandvoort en 350 nieuwe corporatiewoningen in Haarlem bij gekomen.
24 procent
De gemeente Heemstede zit dichter bij de gewenste dertig procent in de buurt. Van de opgeleverde woningen was 24 procent afkomstig van een woningcorporatie. Hoewel corporaties soms ook vrijesectorwoningen bezitten is het gros hiervan volgens de Woonbond sociaal.