Vanmiddag om half drie klom de acteur Roeland Fernhout uit het raam van een bedrijfspand tegenover het Stedelijk Gymnasium, om het gedicht De dief van de liefde van Hugo Claus voor te dragen aan de leerlingen van de middelbare school in het centrum van Haarlem. Al jaren kijkt Patrick van Gerwen, eigenaar van het kantoor tegenover de school, recht vanuit zijn raam het klaslokaal in waar docent Josje van Walraven Nederlands geeft aan. De afgelopen maanden was het lokaal leeg vanwege het coronavirus en de bijkomende maatregelen.
Docent Josje vond het vreselijk om vier maanden geen les te kunnen geven, daarom heeft haar ‘overbuurman’ Patrick als verrassing voor haar en de leerlingen aan de acteur Roeland Fernhout gevraagd om een gedicht voor te dragen. Dat deed de acteur, bekend van onder andere de film De club van lelijke kinderen met het gedicht De dief van de liefde, van de in 2008 overleden Belgische schrijver en dichter Hugo Claus. De leerlingen wisten van niks en waren dan ook enorm verrast. Zowel de leerlingen, als juf Josje en de rector Jan Henk van der Werff vonden het fantastisch!
(lees verder onder de foto)
Steinn de Boer, 17 jaar, leerling aan het Stedelijk Gymnasium en neef van schrijver Merijn de Boer, zei over de voordracht:
“Het voelt lang geleden dat wij voor het laatst in dit lokaal zaten. Mevrouw van Walraven was niet veel veranderd, ze droeg nog steeds een felgekleurd jurkje en hoge hakken. Zij had het lesgeven gemist, en ons ook. Vier maanden thuis digitaal lesgeven voelde als een eeuwigheid voor haar. De jongens gingen achterin zitten, zoals ze voorheen altijd hadden gedaan, het was een gewoonte. Deze keer letten de jongens wel op. De deuren en ramen moesten openblijven, maar niemand wist waarom. Terwijl mevrouw van Walraven lesgeeft, wordt ze onderbroken door Roeland Fernhout. Hij wil een gedicht voorlezen, nu keek de hele klas naar hém. Hij werd opeens de docent. Het grote raam verving het schoolbord. De anderhalve meter afstand werd door de leerlingen even vergeten om naar het gedicht De dief van liefde van Hugo Claus te luisteren.”