Uit recent gepubliceerde brieven uit de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) blijkt dat Haarlem een geduchte tegenstander is geweest tegenover de Spaanse bezetter.
Barbara Kooij heeft in het boek âSpaanse ooggetuigen over het beleg van Haarlemâ brieven gepubliceerd van de hertog van Alva aan koning Filips II. De troepen van Alva hebben in 1572 tevergeefs een half jaar voor de poorten van Haarlem gestaan. De Spanjaarden hadden gedacht de stad aan het Spaarne snel in te kunnen nemen, maar kwamen in een slopend beleg terecht. Alva noemde Nederland een âeigenaardig land om oorlog in te voerenâ en noemde het de meest vreemde oorlog die men ooit heeft meegemaakt of gezien. De hertog schreef verbijsterd aan zijn koning: âVolgens mij heeft hiervoor nog nooit iemand gehoord van een haakbusgevecht boven op een bevroren zee!â De Haarlemmers bleken onverwacht een taaie tegenstander. Alva had niet verwacht dat âdie kettersâ zo goed konden vechten.
Het eindigde wel in een nederlaag voor de Hollanders. Waarschijnlijk is de strijd om Haarlem om die reden minder bekend dan het beleg van Alkmaar of het Leidens Ontzet, dat morgen wordt gevierd. Achteraf gezien was de overwinning op Haarlem van weinig waarde. Alva nam hetzelfde jaar nog ontslag als hertog en verliet de lage landen.
bron: NOS