Nederlandse topjudoka’s bereiden zich de komende jaren alleen nog maar op de zogenoemde steunpunten in Haarlem en Rotterdam voor op de Olympische Spelen van 2016 in Rio de Janeiro.
Dat heeft de nationale judobond JBN bekendgemaakt. In het verleden waren zij ook nog actief bij steunpunten in Eindhoven of Heerenveen of oefenden ze nog veelal bij hun eigen club. Volgens Ben Sonnemans, directeur Topsport van de JBN, zijn de maatregelen nodig om aansluiting te houden bij de internationale top.
De topjudoka’s worden niet alleen ondergebracht in Haarlem of Rotterdam. Ze moeten ook afscheid nemen van individuele trainers en zich helemaal overgeven aan een coach van de nationale judobond. Dit al uitgelekte plan zorgde de afgelopen tijd al voor onrust bij sommige judoka’s.
De judobond pareert de kritiek met de opmerking dat alleen naar NOC*NSF wordt geluisterd. Het Nederlands olympisch comité zou namelijk financiële steun verlenen op voorwaarden dat alle potentiële topjudoka’s volledig in het bondsprogramma zitten. JBN voorziet voor clubcoaches een belangrijke rol in de ontwikkeling van talent. Vervolgens moeten toppers in spe op het juiste moment worden overgedragen aan de nationale judobond.