Afgelopen weekend was de Nationale Tuinvogeltelling. Ook in Haarlem, Heemstede, Bloemendaal en Zandvoort werden er heel wat vogels geteld. In totaal deden in onze regio 1617 mensen mee en werden er 18.314 vogels geteld.
De jaarlijkse telling is in 2001 gestart door de Vogelbescherming Nederland en Sovon Vogelonderzoek Nederland om te kijken hoe de vogels in de winter onze tuinen gebruiken. Landelijk zijn er in totaal 1.606.415 vogels geteld door 113.976 mensen. Voor de Vogelbescherming een prima resultaat. “We vinden het nog steeds heel hoog. In de coronatijd was het nog veel hoger omdat mensen thuis zaten, maar met deze cijfers zijn we meer dan tevreden.”
Regionale verschillen
In Haarlem hebben 933 deelnemers een totaal van 9.804 vogels geteld. De huismus werd verreweg het meest gezien, 1944 om precies te zien. De koolmees en de kauw eindigden op de tweede en derde plek. In Zandvoort hebben 81 deelnemers hun tuin eens even goed in de gaten gehouden. Hier zijn 1550 vogels gezien. Ook in Zandvoort werd de huismus het meest gespot, hier zijn er 517 van gezien. In Heemstede en Bloemendaal kwam de koolmees het meest voor. In Heemstede is de vogel 359 keer geteld en in Bloemendaal 549 keer. In totaal deden er 261 Heemstedenaren mee en die telden bij elkaar 2829 vogels. In Bloemendaal deden er 342 mee en werden er 4131 vogels geteld.
Ondanks het succes benadrukt de Vogelbescherming dat het aantal vogels over de jaren behoorlijk is afgenomen. “De top drie bestaat uit de huismus, de koolmees en de pimpelmees. Dat is wel redelijk hetzelfde gebleven. Wel is het aantal vogels sinds de jaren 80 gehalveerd. Daarom roepen we mensen ook echt op om te gaan vergroenen in de tuin. Meer struiken en planten helpt de vogel gewoon heel erg.”